Slapen, ze had het al zo lang gedaan. Dagen, weken achter elkaar door. Ze zou er een paar dagen tussenuit gaan; de deadlines, grote verwachtingen en nare baas hadden haar tot op de rand van een zenuwinzinking gedreven. Of misschien wel over de rand. De dagen werden weken en terugkeren kon niet meer, ze was ontslagen. Ze had er weinig bij gevoeld, niet gehuild of geschreeuwd, ze verbleef al zolang in een doffe droomtoestand. Tot hij langskwam, de jonge buurman van tegenover. Ze leek langzaam te ontwaken door zijn bezorgde vragen over de altijd dichte gordijnen. Hij nodigde haar uit voor een buitenrit op zijn schitterende witte paard, en het gevoel kwam terug, ze wilde leven, wakker zijn, oh ja.
Recente reacties